Zoë over haar prachtige ervaringen als vrijwilliger in Costa Rica

Zoë over haar prachtige ervaringen als vrijwilliger in Costa Rica

En dan sta je daar, boven op een heuveltop, lekker een beetje te huilen. Of toch verwoede pogingen te doen om je medevrijwilliger niet te laten zien hoe aangedaan je bent. Mijn naam is Zoë, ik woon dichtbij Hasselt in België. Ik ben leerkracht in het volwassenenonderwijs, en enthousiaste, maar zeer beginnende leerling wanneer het aankomt op de natuur. Graag vertel ik jullie over mijn prachtige ervaringen als vrijwilliger in het reservaat van Adopteer Regenwoud.

Kleuter van een bos

vrijwilligerswerk in Costa Rica

Ivan, een andere vrijwilliger die drie maanden meehielp aan het herbebossingsproject van de stichting, vroeg me of ik mee wilde naar het nieuwste herbebossingsplot. Natuurlijk wilde ik dat! Ik had het oude stuk waar vijf jaar geleden bomen zijn geplant al gezien, waar voor het ongetrainde oog gewoon een stuk regenwoud te zien was. Ondanks het feit dat het daar 5 jaar eerder nog kaal weiland was. Het leek mij onmogelijk om te geloven. In België, waar nochtans aan regen ook geen gebrek is, groeit een boom op 5 jaar nauwelijks. En daar stond ik, in een echt bos. Geen kleine scheutjes, maar grote bomen, met lianen, schuilplaatsjes voor kikkers en kleurrijke vlinders en zoveel meer. Ik ben verschillende keren mee geweest op tellingen voor het langlopende biodiversiteitsonderzoek van de stichting. Alhoewel ik helemaal niks weet van soorten herkennen, is er niets zo mooi als een hoop kenners enthousiast tegen elkaar horen roepen dat ze die ene vlindersoort die ze nog maar 1 keer hebben gezien, daar verderop op het pad zien zitten! Ik heb de wildcamera’s die in dit jong aangeplante bos zijn geplaatst meermaals bekeken, en het is prachtig hoeveel zoogdieren ondertussen ook hun plekje hebben gevonden, in deze kleuter van een bos.

Het Beest

Uiteraard wilde ik dus mee naar het nieuwe stuk waar in totaal 27.800 bomen geplant worden. Op weg gingen we dan ook met ‘Het Beest’. En als je je nu voorstelt hoe we heroïsch op de rug van een jaguar door de jungle galoppeerden met de haren in de wind, dan moet ik je toch lichtjes teleurstellen. ‘Het Beest’ is de auto van de lokale lokale stichting, een 4×4 met al wat kilometers op de teller. De stalen ros die soms lijkt aaneen te hangen van secondelijm, stof en goede moed, maar toch zonder falen je tot op de mooiste plekken weet te brengen. De laatste keer dat ik meereed liftte er zelfs een salamandertje mee.

We reden een hele poos aan 15km/u over onverharde wegen, en stopten onderweg om een paar mooie uitzichten en vogels te spotten. Zo ook een paar Caracara’s. De Caracara is een vogel van ongeveer een halve meter hoog uit de familie van de valken. Niet alleen indrukwekkend om te zien, maar stiekem vond ik het ook een beetje hilarisch. Want de naam Caracara, is alsof je letterlijk ‘gezicht-gezicht’ in het Spaans roept naar een vogel.

Na een stuk rijden lieten we ‘Het Beest’ achter aan de kant van de weg en beklommen we een heuvel. We passeerden even bij Robert, hij is de voorman van de groep bomenplanters. Zowel hij als de acht andere werknemers zijn allemaal originele bewoners van het aangrenzende indianenreservaat. Daarna gingen we verder naar de top van een heuvel. Onderweg zagen we elke paar meter een klein boompje uit de grond steken. Nog zo klein en kwetsbaar, niet hoger dan je knie, even breed als je vinger. Sommige al lekker bevonden door de leafcutter ants. Bladsnijmieren die in een mum van tijd een hele boom kaal vreten. Opnieuw, onmogelijk voor te stellen dat dit in 5 jaar tijd een bos zal zijn, maar toch is het zo!

Natuurlijke corridor

Ivan wees naar het nationaal park Barbilla, het oude reservaat van de stichting en het onlangs aangekochte reservaat. Hij vertelde hoe dit perceel waar nu de herbebossing plaatsvindt de verbinding zal maken tussen het reservaat van de stichting en het nationale park. Een natuurlijke corridor voor bomen, planten en dieren. Door deze corridor is er minder fragmentatie waardoor diersoorten zich gemakkelijker kunnen verplaatsen op zoek naar voedsel of schuilplaatsen. Dit leid tot meer kruisbestuiving en dus minder inteelt.

Hoop

Maar goed, ik sta dus op die heuveltop met mijn voeten in het gras, te kijken naar de omliggende stukken weiland en regenwoud. We zijn opgehouden met praten, maar stil kan je het niet noemen. Stil is het zelden in het regenwoud. Je bent altijd omringd door vogelgeluiden, krekels, kwakende kikkers, roepende salamanders. En in mijn hoofd speelt op de achtergrond het nieuws af. Want soms maak ik de fout om naar het nieuws te kijken. Deze zomer was weer een hele nefaste, op klimaatgebied. Eentje waar de ene helft van de wereld in brand stond, en de andere helft overstroomde. Mijn hart breekt bij het zien van dit soort nieuwsberichten en mijn gekoesterde naïviteit dat we alles kunnen rechttrekken is soms moeilijk te onderhouden. Ik heb lang getwijfeld om naar Costa Rica te gaan, want ik heb een gepaste hoeveelheid vliegschaamte, maar wilde toch al dit moois zelf zien. En waar mogelijk, zelfs een handje toesteken. En daar, op die heuveltop, kijkend naar al dat potentieel, heelt mijn hart zichzelf een beetje. Het is moeilijk te omschrijven, maar daar, op dat moment, was er ineens een wereld aan hoop. Zo’n 25 hectares, of een 50-tal voetbalvelden aan pure hoop. De schoonheid overmande me, en mijn ogen werden vochtig. Want als we hier vanuit een stichting opgericht door twee Nederlandse jongens zo’n 27.800 bomen kunnen planten, en inmiddels al 240 hectare regenwoud beschermen dan kan er nog van alles.

Op de terugweg praat ik met Ivan over ecologie, de projecten die de stichting hier doet en vliegschaamte. En voor even ben ik niet de enige, die niet helemaal past in deze wereld. Niet meer de enige naïeve ziel die niet snapt hoe de wereld altijd maar lijkt door te hollen, terwijl het paradijs wel degelijk bestaat en we het alleen maar in ere moeten houden en herstellen.

Dromen en doelen

Bomen heb ik zelf niet geplant, maar wel heb ik onder deskundige leiding van lokale gidsen Hurben en Gerald drie kikkerpoelen helpen graven in het reservaat. De eerste drie van in totaal 10 Kikkerpoelen die bedreigde kikkersoorten weer wat extra habitat en ademruimte moeten geven. En terwijl ik de tiende mug van vandaag dood druk en een laagje zweet afwrijf, steek ik mijn schop nog maar eens in de grond. Want hoe cool is het, dat er over 5 jaar een nieuwe groep vrijwilligers en studenten door dit stukje paradijs wandelt, en te horen krijgt hoe hier succesvol verschillende bedreigde kikkersoorten zijn geherintroduceerd. Net zoals ik al die coole verhalen heb gehoord over wat de mensen voor mij hier hebben gerealiseerd. Een keten van mensen, verbonden door diezelfde verwondering en fascinatie. Verbonden door diezelfde dromen en doelen. Verbonden door diezelfde bomen en planten, alleen dan weer een vijftal jaar groter en ouder. En dat, da was exact wat mijn hart nodig had!

Wil jij ook als vrijwilliger bijdragen aan ons project in Costa Rica?

Neem dan een kijkje op de website www.studytherainforest.com